zondag 13 mei 2012

Tijd voor Nu..! - Een gesprek met Eckhart Tolle

Hij belandde op een plek waar de meeste mensen zelden of nooit komen: het hier en nu. En Eckhart Tolle is vast van plan daar te blijven. Want in het nu bestaan geen problemen: die hebben alles met toekomst en verleden te maken. Tijn Touber sprak met de man die het levende bewijs van zijn woorden is. ‘Iedere handeling die vanuit het nu ontstaat, zal precies juist zijn.’

Tijn Touber

De man in het bed is panisch van angst. Voor de zoveelste keer wordt hij midden in de nacht wakker met die ene, zich steeds herhalende gedachte: ‘Ik kan niet meer met mijzelf leven’. Al jaren wordt hij heen en weer geslingerd tussen ondragelijke spanningen en zelfmoordneigingen. Hij is nog geen dertig, maar de wereld is voor hem nu al een kille, vijandige plek waar hij zo snel mogelijk vandaan wil. Het liefst wil hij oplossen, voorgoed verdwijnen. Deze nacht is de pijn nog heviger dan anders. ‘Ik kan niet langer met mijzelf leven, ik kan niet meer met mijzelf leven’, bonkt het in zijn hoofd. Dan gebeurt er iets vreemds. Plotseling komt er een andere gedachte in hem op: als ik niet met mijzelf kan leven, dan moeten er twee ‘ikken’ zijn: de ‘ik’ en het ‘zelf’ waarmee ‘ik’ niet kan leven. ‘Misschien’, denkt hij, ‘is slechts één van hen echt.’

Die gedachte maakt zoveel indruk, dat hij even helemaal niet meer kan denken. Zijn geest wordt – voor het eerst van zijn leven – volkomen stil. Maar net als hij opgelucht wil ademhalen, verandert de stilte in een draaikolk die hem dreigt mee te zuigen. De angst die hij nu voelt, is zo mogelijk nog groter dan enkele minuten geleden. Hij vreest zichzelf te verliezen en klampt zich – terwijl zijn lichaam oncontroleerbaar begint te trillen – wanhopig vast aan wie hij denkt te zijn: hij is Eckhart Tolle, wetenschappelijk medewerker aan de universiteit van Cambridge, hij is Duitser, hij is een man, een mens, een… Maar het is al te laat. De draaikolk neemt hem mee naar onpeilbare diepten en alles wat hij kan doen, is zich laten vallen.

Eckhart Tolle kan zich niet meer herinneren wat er daarna is gebeurd, maar als hij bijkomt, is hij een ander mens. Ook de wereld om hem heen lijkt veranderd. Het zonlicht dat door de gordijnen valt, is zo mooi, dat hij er tranen van in zijn ogen krijgt. De rest van de dag loopt hij in opperste verbazing door de stad – diep onder de indruk van de schoonheid van het leven. Alsof hij opnieuw is geboren.

Tolle blikt terug: ‘Pas later begreep ik wat er was gebeurd. De intense druk van het lijden was die nacht zo groot geworden, dat mijn bewustzijn werd gedwongen zich los te maken van de identificatie met het ongelukkige en angstige zelf. Dit loskomen moet zo compleet zijn geweest, dat het valse, lijdende zelf in één keer instortte.’
Tolle had in één keer alle identificaties met zijn vorm, rol en identiteit achter zich gelaten. Zijn verleden leek uitgewist en de toekomst onbelangrijk. Het enige wat nog telde was het heden, waarin alles goed was. Hij was op een plek aangeland waar de meeste mensen zelden of nooit komen: het hier en nu.

In zijn nieuwe staat van bewustzijn zit Tolle vervolgens twee jaar vooral op bankjes in de parken van Londen. Geleidelijk aan laat hij steeds meer achter zich: huis, baan, relaties, status, bezittingen... Hij heeft niets meer nodig om gelukkig te zijn. Hij hoeft nergens meer heen en hoefde niets meer te doen. Hij heeft zijn doel bereikt en is op ieder moment precies waar hij moet zijn. Zijn vredige uitstraling wekt belangstelling. Mensen komen naar hem toe en zeggen: ‘Ik wil wat jij hebt. Kun je me dat geven of me laten zien hoe ik het kan krijgen?’ Dan zegt hij, telkens weer: ‘Je hebt het al. Je voelt het alleen niet omdat je geest teveel lawaai maakt.’

De vraag-en-antwoordsessies in stadsparken en bij mensen thuis resulteren in 1998 in zijn boek The Power of Now (New World Library). Nadat het in eerste instantie geen enkele aandacht krijgt, barst de bom als actrice Meg Ryan het boek diep ontroerd onder de aandacht van Oprah Winfrey brengt, die het op haar beurt ‘een van mijn favoriete boeken’ noemt. Van de ene op de andere dag – het is intussen december 2002 – schiet het boek naar de eerste plaats op de bestsellerslijst van The New York Times. Inmiddels is het boek in zo’n dertig talen verkrijgbaar. In Nederland zijn dertigduizend exemplaren verkocht.

In zijn hotelkamer aan een Amsterdamse gracht straalt Eckhart Tolle (56) de rust uit die past bij iemand die in het hier en nu leeft. Hij zegt: ‘Vrijwel iedereen ontleent zijn identiteit aan mentale concepten over wie hij of zij denkt te zijn. Vrijwel iedereen identificeert zich met zijn gedachten. Als je mensen vraagt wie ze zijn, krijg je hun levensverhaal te horen. Maar dat is niet wie ze zijn. Dat verhaal beschrijft slechts een aantal voorvallen uit hun leven. Je kunt jezelf niet leren kennen door erover na te denken. Je kunt jezelf alleen leren kennen door je geest stil te maken en te luisteren – door echt aanwezig te zijn voor wat zich in het heden aandient.

‘De power of now begint bij aandacht. Bij het volledig toelaten, omarmen van datgene dat zich aandient. Vraag jezelf: “wat is nú het probleem?”. En nu betekent nu, dus niet: “Ik weet niet hoe ik de huur aan het eind van de maand moet betalen”. Wat is het probleem nu? Soms moet je die vraag drie of vier keer stellen, om in te zien dat er nu geen probleem is. Iedere handeling die vanuit het nu ontstaat, zal precies juist zijn. Over die beslissing denk je niet na – het is de juiste beslissing in het moment zelf. Zo nu en dan zie je dat bij sporters. Als ze meesterschap bereiken, zijn ze in een staat van volledige aanwezigheid en effectiviteit in het moment zelf. Dat is de basis van hun succes en het is een genot om naar te kijken.

‘De meeste mensen zijn afgescheiden van die levensstroom. Ze vechten tegen zichzelf en staan niet meer open voor het leven, dat nu zijn uiterste best doet om voor hen te werken. Stop met vechten, geef je over aan het nu en zie hoe zaken zich vanzelf en moeiteloos manifesteren. Een probleem bestaat nooit in het heden, maar heeft alles met toekomst en verleden te maken – en beiden bestaan alleen in onze geest. Als ik mijzelf mentaal in de volgende twee weken projecteer, word ik meteen gespannen – al die lezingen die ik moet geven, en wat zullen de mensen ervan denken? Maar verleden en toekomst bestaan eigenlijk niet. Heb je het verleden ooit ervaren? Nee, want alles wat je ervaart, is altijd in het heden. Ga je ooit iets ervaren dat niet in het hier en nu is? Onmogelijk. Verleden en toekomst bestaan niet en toch denken de meeste mensen dat dat wel het geval is.
‘Je kunt je problemen niet oplossen op het niveau van je denken, omdat ze daar zijn ontstaan. Oplossingen komen wanneer je boven je gedachten uitstijgt. Ik noem dat “voorbij het denken”, wat iets anders is dan onwetendheid. Het betekent ook niet dat je nooit meer denkt, maar het betekent dat je geen gevangene meer bent van je eigen geest.’

Overgeven aan het nu is – volgens Eckhart Tolle – de enige weg die leidt naar de wezenlijke vrije wil. ‘De meeste mensen leven in de waan dat zij uit vrije wil besluiten nemen. In werkelijkheid wordt hun handelen volledig bepaald door hun verleden. Hoe je denkt, wat je wilt en wat je denkt dat belangrijk is, wordt allemaal bepaald door je opvoeding, je cultuur, je religie – kortom, door je concepten. Zolang je nog denkt dat je je geest bént, heb je helemaal geen vrije keuze. Spiritueel gesproken ben je bewusteloos. Je denkt misschien dat je weet wat je wilt, maar dat is niet zo – het is slechts de conditionering van je geest die zegt: “Dit is wat je moet hebben”. Dat is geen keuze, dat is mechanisch. Sommige mensen stappen daaruit. Het is dan alsof er ineens meer bewustzijn is, waardoor zij voor het eerst ervaren echt een vrije keuze te hebben. Pas dan kun je verantwoordelijkheid nemen.’

Het klinkt zo makkelijk, maar waarom lijden zoveel mensen dan nog? Of is lijden de enige manier om tot inzicht te komen, zoals Tolle dat zelf ook heeft ervaren? Tolle: ‘Lijden is nodig tot je inziet dat het niet nodig is om te lijden. Je moet lijden tot je dat punt bereikt. Dat lijkt een paradox. Voor de meeste mensen die door een diepe innerlijke transformatie zijn gegaan, is lijden noodzakelijk geweest. Er zijn uitzonderingen. Maar vandaag de dag hoeft niet iedereen meer door de dark night of the soul. Velen hebben al genoeg geleden. De mensheid heeft al zoveel geleden, dat je haast kunt zeggen dat al het noodzakelijke lijden voor de mensheid achter ons ligt. Het is al gebeurd. Het is dus nu mogelijk voor veel individuen om die omslag te maken. Wanneer je inziet dat je lijdt als gevolg van een collectieve conditionering, dan sta je er al met één been buiten. Als je echt gek bent, weet je dat niet, omdat je je compleet hebt geïdentificeerd met die mentale gesteldheid. Het moment dat je je realiseert dat je gek bent, is het begin van je heling.’

Tolle spreekt rustig en zachtjes. Als hij iets wil uitbeelden, dan doet hij dat voornamelijk met zijn gezicht. Zijn handen blijven rustig op zijn schoot liggen. De zweem van een Duits accent maakt zijn Engels een beetje zangerig. De vriendelijke lichtblauwe ogen, het ringbaardje, het rossige haar en de ietwat afhangende schouders maken hem tot het prototype van een antiheld. Voor hem geen stoere taal en ferme terechtwijzingen. Hij wil je niet eens overtuigen. Hij deelt slechts zijn ervaring. Hij is het levende bewijs van zijn woorden.

Met grote regelmaat laat hij stilten vallen, alsof hij luistert of contact maakt met iets buiten hem. Hij spreekt zelf over het veld van aanwezigheid, the field of presence. Door stil te zijn, staat Tolle zodanig open voor dit veld, dat de man die – naar eigen zeggen – geen charisma heeft, een overweldigende indruk maakt. De lezing die hij daags na ons gesprek voor achthonderd mensen geeft, is daarvan een goed voorbeeld. Tolle doet niets anders dan op een stoel zitten en luisteren naar wat hem invalt; hij bereidt lezingen niet of nauwelijks voor om open te staan voor wat zich aandient. En wat zich aandient, is dan ook meer dan hemzelf en dat is na afloop duidelijk op de gezichten van de aanwezigen te lezen.

De metamorfose van een ‘angstige, depressieve en overgevoelige jongeman’ naar een gevierd leraar lijkt een grote test voor het ego. Tolle: ‘Het is een uitdaging om door anderen als “speciaal” te worden gezien, terwijl ik weet dat precies het tegenovergestelde het geval is. Ik ben niet speciaal, ik ben in feite compleet onbelangrijk. De persoon die ik ben, heeft niets van doen met de lessen die ik overbreng. De lessen komen voort uit een staat van aanwezigheid. En die staat kan er alleen maar zijn, omdat de persoon zo onbelangrijk is geworden. Het is juist de afwezigheid van de persoon die maakt dat het gebeurt. Als ik dat vergeet, dan verval ik weer in de egoïstische illusie. Dat is bij verschillende leraren gebeurd, na jarenlang te zijn gebombardeerd met projecties van “speciaal te zijn”. Ze gingen er zelf in geloven. De essentie is dat ik voortdurend blijf beseffen dat ik eigenlijk niets doe. Ik heb bereikt dat ik me realiseer dat ik niemand ben.’ Even is hij stil. Dan met een schaterlach: ‘Dat is niet bepaald iets om trots op te zijn, toch?’

In die bescheidenheid ligt zijn kracht. Zijn boodschap is dezelfde als die van de verlichte meesters van alle tijden. Maar zijn eigen ervaring brengt die boodschap voor velen dichterbij. Een Indiase goeroe staat ver af van de meeste mensen – vrijwel iedereen kan zich identificeren met Eckhart Tolle, een gewone man die probeerde te overleven in de westerse consumptiemaatschappij. Tolle is niet bijzonder en wil dat ook niet zijn. Zijn boodschap is ook herkenbaar: verlichting is nu mogelijk. Er is geen lange weg van meditatie, discipline en onthouding nodig om dat doel te bereiken. Verlichting is geen langdurig pad, maar vooral een beslissing: de beslissing om hier en nu aanwezig te zijn.

Met verontschuldiging in zijn stem zegt Tolle: ‘Het streven naar verlichting is het laatste wat je nog moet loslaten. Als je elke dag trouw aan het mediteren bent om verlichting te bereiken, zit je nog steeds in dezelfde modus als degene die zo graag een nieuwe BMW wil hebben. Het is dezelfde conditionering: “In de toekomst…”. Maar er is geen toekomst. Overgave betekent het besef dat er geen staat is om te bereiken. Je geeft je streven naar een bepaalde staat op en verdiept je in wat er nu al is. En dat is meer dan genoeg. Je bent al helemaal jezelf. Er is niets in de toekomst wat je meer jezelf kan maken.’




Geen opmerkingen:

Een reactie posten