dinsdag 26 mei 2015

Boeddhisme, religie of filosofie?

Is het boeddhisme een filosofie of een religie? Gedurende de afgelopen 2600 jaar is in de breedte en diepte erg veel boeddhistische filosofische literatuur geproduceerd. In die zin zou het een filosofie kunnen zijn. Maar het boeddhisme kan ook als een religie worden beschouwd. Als onder die term tenminste niet een geloof in een scheppende god wordt gedefinieerd. In een tiendelige serie in het boeddhistisch magazine Tricycle- over misinterpretaties in het boeddhisme, beschouwen de auteurs beide kanten.

Ze stellen dat de verfijning en strengheid van boeddhistische filosofische analyses kunnen wedijveren met die van de in Europa ontwikkelde filosofische school. Verschillende filosofische scholen binnen het boeddhisme, de auteurs noemen de Abhidhamma scholen van Birma, met hun zorgvuldige analyse van de bestanddelen van de werkelijkheid (dharma), de Chinese Huayan school, met zijn uitgebreide schets van een universele causaliteit die alle dingen maakt en wordt gemaakt door alle andere dingen (shishi wu’ai fajie) en de Tibetaanse Gelugpa-school van Tibet, met zijn nauwkeurige afbakeningen van de relatie tussen leegte (sunyata) en het afhankelijke ontstaan (pratityasamutpada).

Ondanks deze rijkdom aan filosofie is het boeddhisme ook een spirituele beleving met magie en wonderen, die we vaak met religie associëren. De co-auteurs van de Princeton Dictionary of Buddhism Robert E. Buswell Jr. en Donald S. Lopez Jr. zeggen bij het schrijven van het woordenboek voortdurend verbaasd te zijn geweest over de veelvoud en het centraal stellen van magie en wonderen in biografieën en legenden over de Boeddha, zijn leerlingen en opvolgers door de eeuwen heen.

Van de acht grote bedevaartsoorden in het Indische boeddhisme, die belangrijke gebeurtenissen in Boeddha’s leven herdenken, worden in vier ervan wonderen getoond en beschreven. Onder deze sites is Sravasti, waar de Boeddha wordt uitgebeeld als hij door de lucht vliegend en vuur en water spuwend (yamakapratiharya) een rivaliserende groep yogi’s te lijf gaat.

Zulke wonderen worden niet alleen toegeschreven aan de Boeddha. Maar –in de beheersing van de vierde etappe van meditatieve absorptie (dhyana)- ook aan de mediteerder , die er uiteindelijk toe zullen leiden –na het implementeren van een reeks van psychische bevoegdheden- dat hij de mogelijkheid heeft om over water te lopen en in volle lotushouding door de lucht te vliegen.

Mahamaudgalyayana, een van de twee voornaamste discipelen van de Boeddha, was de erkende meester in dergelijke psychische bevoegdheden. Hij vloog naar de Himalaya om een medicinale plant te vinden om zijn zieke vriend Shariputra te genezen en stond bekend om zijn vermogen overal in het universum te reizen.

Andere monniken en filosofen binnen het boeddhisme worden vaak geassocieerd met dergelijke religieuze wonderen. Nagarjuna, de traditionele grondlegger van de Indiase filosofische school Madhyamika, worden de Prajnaparamita (perfectie van wijsheid) sutra’s ontvangen, door onder water naar het Koninklijk Drakenpaleis op de bodem van de zee te reizen. Kumarajiva, de Kuchean-monnik waarvan de Chinese vertaling van boeddhistische teksten de basis voor Madhyamika filosofie in China legde, was een beroemde thaumaturg die naalden kon inslikken zonder zichzelf te verwonden. Tijdens zijn crematie zou zijn tong niet verbrand zijn, volgens zijn biograaf een bewijs van de nauwkeurigheid en welsprekendheid van zijn vertalingen.

Het bestaan van hemel en hel- en zorgen dat je daar niet in terecht komt, is een ander gemeenschappelijk kenmerk van religies. Doorheen de geschiedenis is de overgrote meerderheid van de boeddhistische praktijken voor zowel monniken als leken gericht geweest op het verkrijgen van een betere wedergeboorte. Voor jezelf, je familie, of voor alle wezens in het universum en zorgen dat je niet in een van de helse rijken terecht kwam.

De auteurs stellen dat een scheiding van filosofie en godsdienst niet goed werkt in het geval van het boeddhisme. Westerse boeddhisten zouden oorsprong van het boeddhisme en latere aan de Boeddha en zijn volgelingen toegeschreven wonderen moeten willen onderscheiden en duiden.

Bron Boeddhistisch Dagblad




zondag 3 mei 2015

EDEL MAEX OVER RELIGIE IN TIJDEN VAN WETENSCHAP:

Het leven bestaat niet uit alleen ratio, vindt zenboeddhist Edel Maex. Hij ging op zoek naar een religieuze taal die bij vandaag past. ‘Het moet niet óf-óf zijn.’

Versta hem niet verkeerd, zegt hij. Ook hij gruwelt van fundamentalistische religies die mensen opleggen wat ze moeten geloven, welke kleren ze moeten dragen en wie hun vriend en vijand is. Maar hij gruwelt evenzeer van koude wetenschappers die de werkelijkheid ‘onttoveren’ en mensen een gevoel van zinloosheid aanpraten.

Edel Maex, psychiater bij de Stresskliniek van het Ziekenhuis Netwerk Antwerpen, een van de bekendste boeddhisten in ons land en grondlegger van de mindfulnesstraining in Vlaanderen, is sinds zijn jeugd door religie gefascineerd. In Iedereen weet, een bundel lezingen voor zijn zengroep, gaat hij op zoek naar een ‘religie nieuwe stijl’, eentje die bij een geseculariseerde wereld past.

U zet zich af tegen een neoliberale samenleving waarin enkel de wetenschap het voor het zeggen heeft. Volstaat de ratio dan niet om onze maatschappij te stutten?

‘Wetenschap kan perfect verklaren hoe de verbrandingsmotor van een auto werkt. Maar niet voorspellen of en wanneer een tegemoetkomende chauffeur van zijn baan zal afwijken en frontaal op jou inrijden.’

‘Maar het is niet óf-óf: wetenschap of religie. Ik zoek een middenweg. Zenmeditatie gaat niet over stoppen met denken, maar over stoppen met wéten. Niet over houvast, maar over hoe om te gaan met het fundamenteel ónvast zijn van veel dingen in het leven. Over loskomen van de overlevingsdrang waarop ons brein is ingesteld. Die kan anders zo’n kramp worden van: ga jij mij opeten of ik jou? Eet jíj hem op of eet ík hem op?’

‘Meditatie is mijn manier om die overlevingsmodus te doorbreken. Natuurlijk heb je in het leven ook je verstand nodig: in meditatiemodus kun je niet veilig de straat oversteken. Je moet ook leren schakelen tussen je doe-modus en je zijns-modus.’

Onder religie mogen we niet verstaan: godsdienst?

‘Religie in de betekenis van godsdienst is waarschijnlijk het laatste bastion dat nog niet door de Franse revolutie is ingenomen. Je onderwerpen aan een bovennatuurlijk opperwezen: dat is niet mijn definitie van religie, wel van superstitie.’

‘Maar je moet het kind niet met het badwater weggooien. Religie is voor mij: een menselijke activiteit waarin je je geest en je hart opent voor dingen die je met je ratio niet kunt bevatten. Hoe je in tijden van wetenschap zinvol met religie kunt omgaan – dat probeer ik uit te zoeken.’

Onze ratio heeft tegenwicht nodig?

‘Vroeger gold de zondagsrust. Vandaag is zondag soms de drukste dag van de week. Ik zie in mijn praktijk zóveel mensen met een burn-out, mensen die nooit stoppen – tot ze gestopt wórden.’

‘Tegelijkertijd is het hoog tijd dat religie zich van geloof emancipeert, dat ze ruimte creëert voor tegenspraak. Ons godsbeeld stamt nog uit de middeleeuwen. Een almachtig opperwezen dat boven de natuurwetten is verheven, paste mooi in het Europa van vóór de Franse revolutie dat door koningen werd geregeerd. Maar het past al lang niet meer bij ons. Het hele boek door zoek ik naar hedendaagse verpakkingen, naar bij deze tijd passende woorden voor religie.’

U wijst de wetenschap niet af?

‘Ik ben arts, ik heb een wetenschappelijke opleiding gehad, ik ben een volbloed darwinist. Dat sommige religies het nodig vinden de wetenschap tegen te spreken, keur ik af. Maar het kan er bij mij niet in dat de mens zich duizenden jaren met religie zou hebben beziggehouden als dat hem geen evolutionair voordeel zou hebben opgeleverd. Waarom willen sommige wetenschappers religie zo graag naar de prullenbak verwijzen?’

De titel van uw boek is ‘Iedereen weet’. Wat weet iedereen?

‘Dat we niet naar boven hoeven te kijken voor een antwoord op onze levensvragen. Dat we dat als kind al wisten, maar misschien later vergeten zijn.’

‘De titel is overigens ook een knipoog naar Kants sapere aude: durf te weten. Ik roep er mensen mee op om de moed te hebben voor zichzelf te denken, zonder zich door anderen te laten leiden.’

Is uw pleidooi om onze geest open te stellen enkel via de boeddhistische route te bereiken?

‘Ik hou me al 25 jaar intens met het boeddhisme bezig, maar ben in een christelijke traditie grootgebracht. Ik weet dat ook in het christendom, in het evangelie wijsheid te vinden is. In de Koran zal dat ook best zo zijn. De oefening die ik vanuit de zenhoek doe, kun je ook vanuit die tradities maken.’

U waarschuwt meermaals voor machtsmisbruik door sommige boeddhistische leermeesters.

‘Machtsmisbruik en seksueel misbruik komen in het boeddhisme evengoed voor als in andere religies. Met het boeddhisme heeft het geseculariseerde Westen iets wat het zelf was kwijtgespeeld uit het Oosten gereïmporteerd. Daaraan zit het risico vast dat je tegelijkertijd ook een zekere Aziatische feodaliteit binnenhaalt – iets waaraan absoluut geen behoefte is.’

U gebruikt bij uw meditatie-instructies heel alledaagse woorden. Ook uw boek is erg onzweverig geschreven.

‘Dat doet me plezier, dat u dat vindt. Ik ben helemaal geen zweverig mens. Ik mijd in het boek bewust het woord spiritualiteit, omdat dat naar mijn smaak te veel naar iets geestelijks verwijst, naar iets wat aan aarde en lichaam is ontstegen. En daar ben ik veel te aards en te lijfelijk voor.’

Wetenschappelijk is bewezen dat mindfulness, een meditatietechniek uit het boeddhisme, mensen met kanker helpt om depressieve klachten het hoofd te bieden.

‘Soms zeggen oncopatiënten mij dat ze niet altijd met die kanker bezig zouden moeten zijn, dat ze daar niet zo van wakker zouden mogen liggen. Maar zoiets is natuurlijk onmogelijk – waar zouden die mensen dan wél van wakker mogen liggen?’

‘Van de andere kant moeten ze ook niet helemaal verloren lopen in hun emoties. Dan kan het zinvol zijn jezelf te oefenen in ruimte maken voor wat er is, en de bereidheid en de moed te hebben om aan te gaan wat zich aandient. Jezelf te trainen om met milde, open aandacht stil te staan bij het hier en het nu, zodat je je niet laat meeslepen door je emoties en er niet aan ten onder gaat.’


Edel Maex, ‘Iedereen weet. Zen en religie in tijden van wetenschap’, Lannoo, 144 blz., 16,99 euro.Tevens verkrijgbaar als Ebook.